http://www.kasteelwurfeld.be/nl/#welkom
Het verhaal
Andermaal was de parking van het eindstation van tram 3 de plaats van afspraak. Ruim op tijd was iedereen ter plaatse en werden de eerste weetjes en watjes uitgewisseld. De kleding van de dames werd gekeurd en goedgevonden. Dus… we konden vertrekken.
De rode draad van het weekend? Te veel om op te noemen: prachtige natuur, lekker eten, witte huisjes, de fanfares, veel plezier en… een schuchtere zon (achter de onvermijdelijke wolken).
Eerste tussenstop: parking 1 van Domein Bokrijk. De reis verliep vlekkeloos … tot Lummen. Daar stuurde menig GPS de nietsvermoedende chauffeurs richting Luik. Gelukkig vond iedereen met enig vertraging de juiste weg, en stonden we in groep voor de ingang. Enfin… het duurde een tijdje voor we de ingang hadden gevonden, maar daarna ging het heel vlot (dankzij het organisatietalent van Jan)
Voor velen waren de witgekalkte huisjes met hun rieten daken en de terrasbanken aan de herbergen een blij weerzien na tientallen jaren. Sommigen herinnerden zich de school- en familie-uitstapjes toen er nog geen kleur was. Dirk had zelfs vintage zwart-wit foto’s bij, met daarop snaken zonder baard- en borsthaar, en jonge deernen die met maagdelijke onschuld in de wegwerplens staarden.
De dames in het gezelschap waren druk bezig elkaar te overtroeven met de guitenstreken van kinderen en kleinkinderen, en hadden daardoor weinig tijd om aandacht te besteden aan de natuurpracht in het domein en verschillende activiteiten rond de middeleeuwse woningen. Toch waren er heel wat interessante dingen te ontdekken: het zelfgedraaide touw dat – mits de nodige stimulatie – in erectiestand bleef staan, de knappe smid met de struise forcebollen die grote nagels maakte, de vrouw die haar eigen kleding weefde, het 19de eeuwse snoepwinkeltje, het kleine ezeltje, de hondenmolen, enz, enz…
Na een geslaagde poging om met 1 parkeerticket uit de parking te geraken (grapje), reden we richting Maaseik
Op amper 2 km van Maaseik ligt Kasteel Wurfeld. Het is een hotel-restaurant gevestigd in een statige meesterwoning, waarvan de oorsprong teruggaat tot 1640. Het kasteel is gelegen in een mooi aangelegd privé-park van 2,5 ha.
Aan de ingang van het kasteel stond een massa volk ons op te wachten. Als klap op de vuurpijl werden we verwelkomd door de plaatselijke fanfare, die met vrolijke dixie-muziek de oprit kwam opgestapt. Het duurde niet lang voor we doorhadden dat noch de aanwezigen noch de fanfare iets mijn ons bezoek te maken hadden, maar toch.. het was leuk. Gezeten op het terras, met een stevige pint, tourtel of cola in de hand, brulden we mee met de vrolijke muziek en overstemden we het feestgedruis van de Limburgers.
Afspraak voor aperitief en 6-gangen menu om 7u30. Heren in kostuum (of alleszins een propere broek) en de dames in een nieuw kleedje, met vers gecoiffeerd haar en kilo’s fond-de-teinte. We zagen er schitterend uit!
Tijdens het aperitief kregen we massa’s foto’s van kleinkinderen te verwerken. De lucht hing vol met de ho’s en ha’s, en tussendoor kregen we een amuse-bouche.
In het prachtig ingerichte restaurant begonnen we daarna aan ons gastronomisch festijn. Het eerste bord was een wrap met een duo van zalm op een bedje van (gesteriliseerde) komkommer. Het bord was afgewerkt met een coulis van mediterrane kruiden. Veiligheidshalve (EHEC) werden heel wat komkommerschijfjes aan de kant geschoven. Het gerecht werd begeleid met een frisse witte wijn, gekozen door sommelier Jan.
Een tijdje later verscheen de zachte paprikasoep met stukjes spek (waarschijnlijk van Limburgse varkens). Daarna nog een tussengerecht: rode poon met risotto en een saffraansausje. Allemaal overheerlijk. Voor sommigen zorgde de overdaad voor enige emoties, wat resulteerde in de obligate terugblik op de eerdere gastronomische weekends. Een frisse sorbet van groen fruit bracht soelaas voor de gespannen buiken.
Het hoofdgerecht bestond uit malse stukjes kalfsfilet, overgoten met een saus op basis van het bruin van de jus. Het bord was verder gedresseerd met seizoensgroenten en een aardappelkoekje. Daarbij een volle rode wijn uit de Loirestreek (eveneens gekozen door onze sommelier), en … smullen maar! Last but not least – verscheen nog een heel lekker dessert: een quattro van chocoladecreaties. De avond werd afgesloten met koffie en een “poeske” in de bar.
Om 1 uur lag iedereen in bed.
De volgende morgen wachtte ons een uitgebreid ontbijtbuffet. Roel en Sabine onthulden de plannen voor de zondervoormiddag. Eerst een bezoek aan het witte dorpje Thorn, daarna lunchen in Maaseik. De rit naar Thorn verliep vlekkeloos.
Door de witte huisjes en de rust van het dorpje werd Thorn heel snel geliefd bij kunstenaars en toeristen. En inderdaad we hebben als toerist genoten van de vele hoekjes en pleintjes van het charmante dorpje. Hoe Thorn aan haar witgekalkte huisjes is gekomen, lees je uitgebreid op deze site. Een stevige wandeling bracht ons naar de kapel van O.L.Vrouw onder de linden. Een bezoek aan Thorn en omgeving is zeker een aanrader!
Voor de lunch werden we verwacht in Maaseik. Om zeker te zijn van een parkeerplaats (Maaseik was dat weekend in de ban van de Bokkerieje) stalden we ons voertuig aan de rand van de stad. Na een stevige wandeling bereikten we het gezellige eethuisje in het centrum van Maaseik. Na een eenvoudige maaltijd, liepen we nog even naar de markt, waar de fietstoeristen intussen het plein hadden ingepalmd. Een coverband speelde recente top 10 hits, en verklede dames met een rare tongval brachten allerlei alternatieve producten aan de man in gekleurde kraampjes.
En toen was het tijd om te vertrekken. De namiddag was intussen ver gevorderd. In een stralende Limburgse zon namen we afscheid;, echter niet zonder eerst de initiatiefnemers: Anita, Dirk, Els en Jan te bedanken voor de goede organisatie. Er werden allerlei afspraken gemaakt voor het volgende jaar, en toen… vertrokken we naar huis.
De quizvraag
Waar staat de oudste apotheek van Belgie?
Antwoord: in Maaseik. Commentaar van doctorandus R. Van Gaever: “De vroegste notities die men heeft teruggevonden dateren van 1704, doch men denkt dat de apotheek stamt uit de 17e eeuw rond ongeveer 1695. Van toen tot in 1986 hebben zes generaties(van één familie) de apotheek opengehouden, de laatste apotheker werd 86 jaar. In 1986 is deze apotheek verkocht aan de stad Maaseik en werd het een museum.”